Zoek Sitemap   
English    
Afzender
Radboud UniversiteitFaculteit der NWIBiologieHOMEWEBMODULESEmbryologieEmbryologie Amfibieën >     Amfibieën: in doorsneden

    Amfibieën: in doorsneden

Op deze pagina worden microscopische opnamen van gekleurde doorsnede-preparaten gepresenteerd en toegelicht van een aantal kenmerkende stadia van de embryonale ontwikkeling bij de inheemse kikker (vroeger Rana esculenta, nu Pelophylax sp.) en de Zuid-Afrikaande klauwpad (Xenopus laevis).
 
Vroege ontwikkelingsstadia bij de inheemse kikker (doorsneden)
A. Blastula
An = Animale pool, Veg = Vegetatieve pool, 1 = Micromeren, 2 = Macromeren, 3 = Marginale zone, 4 = Blastocoel
B. Gastrulatie: dooierpropstadium
An = Animale pool, Veg = Vegetatieve pool, 1 = Ectoderm, 2 = Dorsale blastoporus lip, 3 = Dooierprop in blastoporus, 4 = Ventrale blastoporus lip, 5 = Restant blastocoel
C. Neurulatie: neurale plaat
1 = Neurale plaat (net voor de plooivorming), 2 = Gebied chordamesoderm, 3 = Endoderm, 4 = Ectoderm, 5 = Mesoderm, 6 = Dooiermateriaal, 7 = Archenteron
D. Neurula stadium: neurale groeve
1 = Neurale plooi, 2 = Chorda, 3 = Ectoderm, 4 = Dooiermateriaal, 5 = Lateraal plaat mesoderm, 6 = Endoderm, 7 = Dorsaalmesoderm (somieten)
E. Neurula stadium: neurale buis
1 = Neurale buis, 2 = Chorda, 3 = Gebied van het intermediair mesoderm, 4 = Lateraal plaat mesoderm, 5 = Restant van de bevruchtingsmembraan, 6 = Archenteron, 7 = Endoderm, 8 = Somiet mesoderm
 
 

 
Larvale ontwikkelingsstadia bij de klauwpad (doorsneden)
Aanbeveling om deze foto's te bestuderen naast het tekstboek:
Atlas of descriptive embryology. Gary C. Schoenwolf. Pearson, Benjamin Cummings eds. ISBN 978-0-13-158560-7
Larve stadium: hartstreek:
Ref. figuur in tekstboek (7de uitgave): 6.36
1 = Rhombencephalon, 2 = Chorda, 3 = Darmkanaal, 4 = Hartstreek, 5 = Pericardiale holte, 6 = Hartbuis, 7 = Endocardum, 8 = Myocardum, 9 = Fixatie artifacts
Larve stadium: staartstreek:
Ref. figuur in tekstboek (7de uitgave): 6.38
1 = Ectoderm (epidermaal), 2 = Neurale buis, 3 = Chorda, 4 = Mesoderm, 5 = Endoderm cellen gevuld met dooier, 6 = Somiet
Larve stadium: kopstreek/oogaanleg:
Ref. figuur in tekstboek (7de uitgave): 6.47 en 6.48
1 = Neurale buis (detail rhombencephalon), 2 = Chorda, 3 = Retina, 4 = Lens, 5 = Hoornvlies, 6 = Ectoderm (epidermis), 7 = "Hechtingsklier" (adhesive gland), 8 = Voordarm, 9 = Diencephalon, 10 = Oogaanleg
Larve stadium:
Ref. figuur in tekstboek (7de uitgave): 6.49 en 6.52 (hier schuin aangesneden in L-R profiel)
1 = Neurale buis (ruggemerg), 2 = (Somiet) dermamyotoom, 3 = (Somiet)sclerotoom, 4 = Chorda, 5 = Ectoderm (epidermaal), 6 = Dooier, 7 = (waarschijnlijk) Oorblaasje

laatst aangepast: 1 nov 2011